Zeg hoe gaat het nu met OVVO?
Elke maandag ga ik even naar mijn moeder. Mijn moeder was heel lang actief betrokken bij onze vereniging. Eerst als spelend lid, maar later vooral in de kantine en schoonmaak. In de kantine behoorde zij samen met Mart van Willigen en Irma Cappon bij ‘The golden girls’. Gezelligheid alom als zij achter de bar stonden.
Mijn moeder is erg verward, zij woont om deze reden niet meer thuis. Vandaag ga ik weer naar haar toe. Ik kom volgens mij net op tijd binnen, want de dames op de groep waren echt aan het mopperen tegen elkaar. Als ik binnenkom en haar naam noem, kijkt ze meteen vrolijk om.
“Hoi Hilda”, ik noem mijn moeder altijd bij haar voornaam, “ga je mee even wandelen?”
Ze kijkt naar buiten, het regent. “Gaan we naar OVVO?”, zegt ze.
Ik schud nee. “Ah nee he, het regent te hard. Spelen ze nog buiten?”
Ik loop naar haar kamer en pak haar jas. Ik weet het voor vandaag is het thema ‘korfbal’. We lopen verder en ze zegt: “Doe je nog veel bij OVVO?”
Ik weet niet of ze het ziet, maar ik schaam me een beetje. “Nee”, zeg ik, “ik doe niet meer zoveel.”
We lopen weer even verder, ze vraagt: “Hoe gaat het verder met de club, zijn er nog veel leden?”
“Ja”, zeg ik, “er zijn gelukkig nog veel leden”. “Dat is mooi”, zegt ze,”en hoe gaat het met het 1ste?”
“Die gaan de laatste tijd niet zo goed. Ze verliezen heel veel.”
“Ah”, zegt mijn moeder, “als ze maar plezier hebben, dat is het belangrijkste.”
Ik loop weer verder, ondertussen regent het steeds harder. “Lekker he”, zegt ze, “even een frisse neus halen.”
“Ja, ik vind het ook lekker.”
“Zeg, hoe gaat het met OVVO”, vraagt ze.
Ik zeg: “best goed”. “Dat is fijn”, zegt ze.
“En het 1ste, hoe gaat het daarmee?” Ik zeg: “ze winnen niet altijd, dat is een beetje jammer, want ze trainen heel erg hard en doen hun best”.
“Ah, dat is zeker jammer”, zegt ze. “Maar ja, je kunt niet altijd winnen, als ze maar plezier hebben.”
“En jij doe jij nog veel?” “Nou, een beetje, ik ga binnenkort wel weer mee op kamp”, zeg ik trots.
“Oh, dat is leuk, doen jullie dat nog steeds?” “Ja, dat doen we nog steeds en dit jaar gaan we naar een super locatie”.
Dat is leuk he, ja OVVO is een leuke club. “Vroeger stond ik heel vaak in de kantine”, zegt ze.
“Ja, dat klopt ma. Weet je nog van de portemonnee?”
Mijn moeder moet lachen, ze weet het nog.
Aan het einde van de zaterdag, moest de portemonnee (hier zat de omzet in van de hele dag) bij mijn moeder door de brievenbus worden gegooid. Meestal was de portemonnee te dik, door al het kleine geld, dan kwam mijn moeder op zondag uit haar bed en moest zij eerst het kleine geld bij elkaar zoeken. Ze moet erom lachen als we het hier over hebben.
We zijn weer even stil en lopen verder.
“Zeg, hoe gaat het nu bij OVVO, zit jij er nog?” Ja, ik zit er nog.
“Dat is leuk, het is een leuke vereniging.”
“En, hoe gaat het met het 1ste?”, vraagt ze.
“Het 1ste gaat heel goed. Het allerbelangrijkste is namelijk dat ze plezier hebben.
Zaterdagavond was het weer een gezellige boel.”
“Ah”, zegt ze, “dat is fijn.”
groet Jacqueline